Er is de afgelopen twintig jaar in Nederland een enorme aandacht voor ons voedsel en onze cultuur ontstaan. Dat is terug te vinden in de opmars van tv-programma’s, blogs en andere social media evenals vak wedstrijden. In deze stroom komen ook nieuwe apparatuur, nieuwe technieken en een toenemende populariteit van eet en drink evenementen en reiservaringen. Deze ongekende aandacht heeft de evolutie van ons koks vak zoals we dat tegenwoordig kennen gestimuleerd. De culinaire kennis van de gemiddelde Nederlander is sterk gegroeid en steeds meer mensen zijn deskundige en veeleisende eters geworden.

Koks zijn geestverwanten, nationaal maar zeker ook mondiaal. Wedstrijdkoks zijn dat helemaal, soms zien we elkaar maar eens in ons leven, soms een aantal jaren niet maar groeten elkaar als boezemvrienden. We hebben verschillende achtergronden, culturen en middelen maar de basis van onze motivatie is dezelfde: willen presteren en het hoogst haalbare bereiken.

Trots, als teamchef van het nationaal team ben ik enorm trots het culinaire erfgoed wat ons land herbergt. Het vervagen van grenzen, makkelijker reizen en samensmelten van culturen doen ons soms vergeten hoe rijk onze eetcultuur is en hoe groot onze eigen tuin is. Onze kazen, zuivel en Noordzeevissen hebben de wereld veroverd terwijl ambachten als molenaar of palingroker nog steeds bestaan.

Als team willen we onze cultuur combineren en aandacht geven, dit met een enorme focus op het behalen van Gouden medailles tijdens de komende internationale Worldchefs wedstrijden.